Toch meer ruimte voor toepassing koepelvrijstelling?

11 juli 2022

Samenvatting

De afgelopen jaren legt de belastingdienst de toepassing van de Koepelvrijstelling beperkt uit. Dit is mede het gevolg van het arrest van het Europese Hof van Justitie (SCBIT) en het daarop volgende arrest van de Hoge Raad. De Rechtbank Midden Nederland heeft recent geoordeeld dat de belastingdienst de koepelvrijstelling zodanig beperkt toepast dat deze een dode letter lijkt te worden die niet de bedoeling kan zijn geweest van de wetgever. Ook wij verkrijgen in onze praktijk nog goedkeuring voor de toepassing van de koepelvrijstelling. Vanzelfsprekend moet aan de voorwaarden worden voldaan, maar is het van belang de keuzes voor de toegepaste verdeelsleutels cijfermatig goed en helder worden onderbouwd.

 

Inleiding

De afgelopen jaren legt de belastingdienst de toepassing van de Koepelvrijstelling beperkt uit. Dit is mede het gevolg van het arrest van het Europese Hof van Justitie (SCBIT) en het daarop volgende arrest van de Hoge Raad.

 

Wat is de koepelvrijstelling ook al weer?

De koepelvrijstelling is opgenomen in artikel 11, lid 1 onder u Wet op de Omzetbelasting. De koepelvrijstelling kan worden toegepast op diensten van een entiteit indien aan de volgende voorwaarden is voldaan:

– de dienst wordt verricht door een zelfstandige groepering van personen of lichamen;
– die personen of lichamen oefenen een activiteit uit die is vrijgesteld of waarvoor zij niet belastingplichtig zijn;
– de diensten zijn direct nodig voor de uitoefening van die onbelaste activiteiten van die personen;
– de zelfstandige groepering (koepelorganisatie) vordert van haar leden enkel terugbetaling van hun aandeel in de gezamenlijke uitgaven;
– de vrijstelling kan niet tot een verstoring van de concurrentieverhoudingen leiden.

 

Wat oordeelde het Europese Hof van Justitie en de Hoge Raad ook al weer?

In het arrest SCBIT heeft het Hof van Justitie onder meer overwogen dat wanneer de diensten worden verricht ten behoeve van een of enkele leden van de zelfstandige groepering, de kosten voor het verrichten van deze diensten wel degelijk uitgaven zijn die gezamenlijk zijn gedaan door die met dat doel opgerichte groepering, waarbij wordt aangetekend dat via de methodes van analytisch boekhouden zonder meer het exacte aandeel in de gezamenlijke uitgaven voor elke afzonderlijke dienst die werd verricht, kan worden vastgesteld. De Hoge Raad oordeelde in een daaropvolgend arrest dat de koepelvrijstelling alleen van toepassing is indien de koepelorganisatie voor de diensten aan de leden enkel terugbetaling vordert van het precieze aandeel van de betrokkenen in de gezamenlijke uitgaven ten behoeve van die diensten. Een vast bedrag per deelnemer voldoet niet aan dit vereiste. De Belastingdienst legde het arrest SCBIT en de Hoge Raad zo uit dat alleen met een exacte berekening van het aandeel van de leden, b.v. door middel van urenschrijven, kan worden verricht. De Rechtbank Midden-Nederland oordeelt in haar uitspraak dat de belastingdienst met dit uitgangspunt voor sommige diensten de toepassing van de koepelvrijstelling praktisch onmogelijk. Wij zijn het eens met deze zienswijze van de Rechtbank. Echter de Belastingdienst heeft al aangekondigd in hoger beroep te gaan tegen de uitspraak.

Een aantal andere opvallendheden ten aanzien van de toerekening van het werkelijk gebruik waren:

– de diensten behoeven niet aan alle leden te worden verricht; maar mogen ook ten behoeve van een of meerdere leden worden verricht;
– per project kunnen verschillende verdeelsleutels worden toegepast die zich het beste verhouden om het werkelijk gebruik van de leden te bepalen      en er geen andere meer zuivere berekening voor handen is.

 

Komt dit vraagstuk ook voor in onze praktijk?

Ook in onze praktijk worden wij regelmatig geconfronteerd met de beperkte uitleg die de belastingdienst geeft aan de uitleg van de verdeling van de werkelijke kosten aan de leden. Door onze praktische, maar op detailniveau uitgevoerde onderbouwing, ontvangen wij hier toch regelmatig een goedkeuring op. Als u de koepelvrijstelling toepast adviseren wij om de voorwaarden te laten toetsen. Indien de belastingdienst u hierover vragen heeft gesteld adviseren wij u om hierover contact met uw fiscaal adviseur op te nemen gezien de fiscaal inhoudelijke problematiek.  Bent u als gemeente, provincie of waterschap deelnemer van een organisatie die de koepelvrijstelling toepast en die de btw doorschuift naar uw organisatie, ook dan is het van belang dat u het gesprek aangaat met de koepelorganisatie omdat u immers verantwoordelijk dat de btw op een juiste wijze wordt verwerkt.

 

Meer weten?

Wij hebben meerdere casussen gehad als deze en helpen u graag verder hierin. Wilt u meer weten over de gevolgen of wilt u weten wat dit voor uw organisatie in de praktijk betekent? Aarzel dan niet contact op te nemen met Nikita Brameijer 

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *