Het gerechtshof heeft onlangs uitspraak gedaan inzake het recht op compensatie van btw op gemeentelijke begraafplaatsen. Hierin is als hoofduitkomst aangegeven dat de begraafplaats niet de functie van openbaar gebied heeft en er derhalve geen recht op compensatie van btw bestaat voor de gemeente.
Teleurstellende uitspraak
Een teleurstellende uitspraak voor gemeenten. Vorig jaar heeft de Hoge Raad de zaak aan het gerechtshof terugverwezen om de vraag te beantwoorden of de kosten die worden gemaakt voor gemeentelijke begraafplaatsen, niet zijnde kosten die betrekking hebben op grafrechten, compensabel zijn via het btw-compensatiefonds. De cruciale vraag is of de gemeente door de activiteiten die zij verricht op een begraafplaats deelneemt aan het economisch verkeer en daarmee btw-ondernemer is. Indien geen sprake is van deelname aan het economisch verkeer dan is de vraag of de btw compensabel is.
Uitspraak Gerechtshof
Het Gerechtshof stelt dat een begraafplaats niet voldoende gelijkenissen vertoont met de reguliere kwalificatie van ‘openbaar groen’. Dit ondanks dat de begraafplaatsen meestal tussen zonsopgang en zonsondergang openbaar toegankelijk zijn. Ondanks het argument van de gemeente dat de grafrechten niet kostendekkend zijn, stelt het hof dat nog steeds geen sprake is van economische activiteiten. Ook het bezoeken van de begraafplaats door toeristen of het hebben van een herdenkingsmonument voor slachtoffers van oorlogen leidt niet tot een andere uitkomst.
Hoofdfunctie begraafplaats
De hoofdfunctie van een begraafplaats wordt door de rechter niet gezien als openbare ruimte door een ieder als zodanig wordt gebruikt. De begraafplaats heeft een meer specifieke en beperktere functie.
Bijgaande uitspraak heeft gevolgen voor de door gemeenten ingediende bezwaarschiften op beschikkingen btw-compensatiefonds. Er zijn natuurlijk uitzonderingen voor bepaalde begraafplaats met specifieke situaties waar mogelijk wel compensatie is toegestaan.