Toegang tot voorstelling inclusief verstrekken pauzedrankje één enkele prestatie tegen verlaagd btw-tarief

31 oktober 2023

Het Gerechtshof ’s-Hertogenbosch oordeelde op 27 september 2023 dat onder bepaalde voorwaarden het pauzedrankje bij een theatervoorstelling onderdeel is van de prijs van het toegangskaartje en daarmee onder het lage btw-tarief valt. Dit standpunt wijkt totaal af van het eerdere standpunt van rechtbank Zeeland.

Wat oordeelt het hof?

Onder bepaalde omstandigheden moeten meerdere handelingen als één prestatie voor de btw worden aangemerkt. Dit is het geval wanneer er een duidelijke hoofdprestatie is aan te wijzen terwijl de andere handelingen bijkomende prestaties zijn.

Het hof oordeelt dat het verstrekken van (alcoholische) drankjes in de pauze meebrengt dat dit de gebruikmaking van de hoofdprestatie, het bezoek aan de theatervoorstellingen, optimaal maakt. Het gevolg hiervan is dat het aanbieden van het drankje de btw-behandeling van de theatervoorstelling volgt. Het lage tarief is dus zowel op het aanbieden van de voorstelling als op het pauzedrankje van toepassing. Er is dus geen sprake van een zelfstandige prestatie voor de btw.

Relevante voorwaarden

Het hof kwam in deze zaak tot deze conclusie op basis van een aantal voor naar haar oordeel relevante omstandigheden.

In dit geval kochten de bezoekers een compleet arrangement vooraf in één transactie, waardoor ze “zorgeloos” van de voorstelling konden genieten. Bij het kopen van een kaartje voor de voorstelling kocht men automatisch ook een pauzedrankje. De prijs van de voorstelling was dus inclusief de prijs voor het pauzedrankje en het was niet mogelijk om bij het kopen van een kaartje van het pauzedrankje af te zien.

Daarnaast was het nuttigen van de drankjes uitsluitend mogelijk voor bezoekers van de voorstelling.

Tevens was relevant dat de drankjes voorafgaand aan de pauze voor de bezoekers werden klaargezet, waardoor er nauwelijks sprake was van een dienstaspect. Indien er sprake was geweest van meer dienstverlening zou het pauzedrankje alsnog onder een wettelijke uitzondering kunnen vallen. In dat geval had het toch onder het hoge tarief kunnen vallen.

Gevolgen voor de praktijk

Uit deze uitspraak blijkt dat (alcoholische) pauzedrankjes onder het lage btw-tarief kunnen vallen als ze opgaan in het theaterkaartje. Dit kan dus ook voor andere activiteiten van belastingplichtigen aan de orde zijn en dus is het interessant om te kijken of deze uitspraak toegepast kan worden.

Om het lage tarief te waarborgen is het dus allereerst aan te raden de kaartjes voor de voorstellingen altijd inclusief het pauzedrankje aan te bieden. Daarnaast is het verstandig de drankjes enkel ter beschikking te stellen aan de bezoekers van de voorstelling en geen anderen. Tot slot is het aan te raden de drankjes vóór de pauze klaar te zetten zodat het dienstaspect zo beperkt mogelijk blijft.

De vraag is nog wel of cassatie bij de Hoge Raad mogelijk is in deze en überhaupt zal worden ingezet.

Meer informatie?

Wilt u meer weten? Neem dan gerust contact op met onze btw-specialist Nikita Brameijer of uw vaste aanspreekpunt. Wij helpen u graag verder!

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *