Nieuwjaarstips en checklist 2022 voor de loonheffingen

28 december 2021

2022 staat voor de deur. Om het nieuwe (fiscale) jaar goed te beginnen, presenteren wij hierbij enkele tips en aandachtspunten voor de overheidspraktijk die betrekking hebben op de loonheffingen. Deze selectie is gebaseerd op de huidige wet- en regelgeving en jurisprudentie (2021).

1. Renseigneringsverplichting, nieuw in 2022

Zoals wij u in een eerdere nieuwsbrief al informeerden, treedt met ingang van 1 januari 2022 de renseigneringsverplichting in werking. Deze verplichting is een aanvulling op de reeds bestaande IB-47 melding, en ziet op betalingen die uw organisatie doet aan natuurlijk personen die doorgaans tot het belastbare resultaat uit overige werkzaamheden behoren (dus geen loon of winst). Per 2022 dient u in voorkomende gevallen naast de betalingen en NAW gegevens, tevens het BSN te administreren en periodiek door te geven aan de Belastingdienst. De renseigneringsverplichting geldt niet voor een vrijwilliger waarvoor de fiscale vrijwilligersregeling geldt, en ook niet als de persoon een factuur met btw verstuurt. Wij zien in de praktijk dat de inrichting van dit proces lastig kan zijn, ook is nog niet bekend of de renseignering wel of niet geldt voor een ondernemer die ontheffing heeft voor de btw of hiervan is vrijgesteld.

  • In 2022 vinden nieuwe gemeenteraadverkiezingen plaats. Controleer of u betalingen via de renseignering moet doorgeven. 

2. Gerichte vrijstelling in 2022 van € 2 per thuiswerkdag

Thuiswerken is bijna niet meer weg te denken tijdens de huidige coronacrisis. Het Kabinet is tegemoet gekomen aan verzoeken van werkgevers en werknemers door vanaf 2022 een gerichte vrijstelling van € 2 per thuiswerkdag mogelijk te maken. Dit bedrag komt dan ook niet (meer) ten laste van de vrije ruimte van de werkkostenregeling (wkr). Werkgevers kunnen de vergoeding uitbetalen op basis van een vast overeengekomen rooster conform de zogenoemde praktische 214 dagenregeling of op declaratiebasis.

  • De € 2 thuiswerkvergoeding maakt onderdeel uit van de nieuwe (voorgestelde) cao gemeenten en zal naar verwachting eind januari met terugwerkende kracht per 2022 onderdeel uitmaken van de arbeidsvoorwaarden van gemeentelijke werknemers.

3. Vaste reiskostenvergoeding en IKB uitruil beperkt per 2022

Ook in 2022 bestaat de gerichte vrijstelling van € 0,19 per zakelijke kilometer die een werknemer reist met een eigen vervoermiddel. Per 2022 is het opletten geblazen met het toepassen van de zogenoemde praktische 214 dagenregeling bij het bepalen van de vaste onbelaste reiskostenvergoeding (of de IKB besteding). In veel gevallen wordt de maximale onbelaste vaste reiskostenvergoeding namelijk beperkt.
In 2021 geldt dat een werknemer die bijvoorbeeld op (minimaal) drie werkdagen van de week naar zijn vaste werkplek reist en de andere twee werkdagen thuiswerkt, ook voor die twee thuiswerkdagen de onbelaste reiskostenvergoeding uitbetaald kan krijgen. De 214-dagen systematiek gaat in 2021 uit van het aantal dagen waarop wordt gewerkt, vanaf 2022 van het aantal dagen waarop wordt gereisd.

  • Per 2022 kan alleen een vaste reiskostenvergoeding worden uitbetaald voor de dagen waarop normaliter woon-werkverkeer wordt afgelegd. Dit betekent dat de 214 dagenregeling naar rato van het aantal reisdagen per week moet worden toegepast en niet meer kan gelden voor dagen waarop structureel niet wordt gereisd, bijvoorbeeld in verband met vast afgesproken aantal thuiswerkdagen.

4. Voortschrijdend Cumulatief Rekenen bij eigenrisicodragerschap

Voor organisaties die hebben gekozen voor het eigenrisicodragerschap WGA en/of ZW en die de uitvoering hebben uitbesteed aan een private uitvoerder, geldt vanaf 2022 dat de private uitvoerder desgewenst geen rekening meer hoeft te houden met het (eventuele) loon dat u nog betaalt bij de vaststelling van de te betalen premies werknemersverzekeringen en inkomensafhankelijke bijdrage Zvw. Het systeem van het voortschrijdend cumulatief rekenen (VCR) wordt dan apart voor de uitkeringen en het loon toegepast.

  • Indien dit voor u van toepassing is en u hier gebruik van wilt maken, dient u dit vóór de eerste loonaangifte van het kalenderjaar schriftelijk aan de Belastingdienst door te geven. Dat kan door een brief te sturen naar uw belastingkantoor of door een e-mail te sturen naar uw contactpersoon bij uw belastingkantoor. 

5. Beperking gerichte vrijstelling Arbo-voorzieningen aangekondigd

De Belastingdienst heeft aangegeven dat vanaf 2022 een beperking komt van het toepassen van de gerichte vrijstelling voor Arbo-voorzieningen. Aangegeven is dat alleen voor wettelijk verplichte Arbo-voorzieningen, zoals een Arbo-verantwoordelijk ingerichte werkplek en voorzieningen in het kader van veilig werken, de gerichte vrijstelling geldt. Zaken als een cursus stoppen met roken, kunnen dan niet langer onbelast worden vergoed.

  • Ga na of Arbo-voorzieningen die zijn opgenomen in het Arbo-plan/RI&E, verplichte Arbo-voorzieningen zijn.

6. Gedifferentieerde premie Aof per 2022

Met ingang van 2022 gaan grote werkgevers een hogere Aof-premie (Arbeidsongeschiktheidsfonds) betalen, en kleine werkgevers een lagere Aof-premie. Voor een grote werkgever bedraagt deze premie 7,05% en voor een kleine werkgever wordt dat 5,49%. Over de volgende uitkeringen, toeslagen en loonbetalingen is een werkgever altijd de hoge premie Aof verschuldigd: 


➢ uitkeringen op grond van de werknemersverzekeringen (WAO, WIA, ZW en WW). Dit geldt als de werkgever de uitkering namens UWV aan zijn werknemer betaalt (werkgeversbetaling) of als de werkgever dit doet als eigenrisicodrager;
➢ WAZO-uitkeringen in verband met zwangerschap, bevalling, adoptie, pleegzorg en aanvullend geboorteverlof;
➢ toeslagen op grond van de Toeslagenwet;
➢ het loon uit een WSW-dienstbetrekking;
➢ wachtgeld op grond van de oude regeling van vóór 2001.

7. Nieuwe Code aard Arbeidsverhouding voor Wsw en beschut werk in de aangifte loonheffingen

Met name voor reïntegratiebedrijven en gemeenten die zelf de participatiewet en/of Wsw uitvoeren, geldt dat met ingang van 1 januari 2022 nieuwe codes gelden voor de code aard arbeidsverhouding. De huidige code 10 voor WSW-medewerkers komt te vervallen. De nieuwe codes zijn:

code 21: Wsw beschut werk
code 22: Wsw detachering bij reguliere werkgever. Voor deze groep bestaat recht op loonkostenvoordeel banenafspraak. Na invoering wetsvoorstel Wet Banenafspraak kan een werkgever ook bij code 22 recht hebben op een loonkostenvoordeel.
code 23: Wsw begeleid werk
code 24: Participatiewet beschut werk

  • Aanpassen van code aard arbeidsverhouding voor medewerkers Wsw en beschut werk 

8. Twee nieuwe codes reden einde arbeidsovereenkomst in de aangifte loonheffingen

De huidige code 02 als reden voor einde van een arbeidsovereenkomst (opzegging door werkgever met toestemming van UWV) komt te vervallen, en hiervoor in de plaats komen de volgende 2 nieuwe codes:

Code 05: opzegging wegens langdurige arbeidsongeschiktheid met toestemming van UWV
Code 06: opzegging door werkgever wegens bedrijfseconomische reden met toestemming van UWV

  • Zorg bij einde arbeidsovereenkomst voor doorgeven juiste reden zodat juiste code kan worden aangegeven

9. Nieuwe bedragen en percentages voor 2022

In de nieuwsbrief loonheffingen staan alle nieuwe percentages en bedragen vermeld voor 2022. Een samenvatting van belangrijke bedragen en percentages voor werkgevers in de publieke sector:

Loonheffingen tabel2

10. Opvallende zaken uit het regeerakkoord

Wij eindigen deze nieuwjaarstips met enkele voorstellen voor belastingmaatregelen uit het coalitieakkoord 2021-2025 die relevant (kunnen) zijn voor overheidswerkgevers.

  • Onbelaste reiskostenvergoeding
    De onbelaste reiskostenvergoeding van (thans) € 0,19 per zakelijke kilometer, wordt per 2024 verhoogd. Er is nog geen concreet bedrag voorgesteld.
  • Een hoger minimumloon
    Het minimumloon wordt berekend op basis van een werkweek van 36 uur. Tevens zal het minimumloon in stappen worden verhoogd met 7,5%
  • Lage inkomensvoordeel (LIV) vervalt
    Uit de budgettaire bijlage bij het coalitieakkoord, blijkt dat is afgesproken om het LIV af te schaffen. Het nog uit te werken alternatieve instrument, een loonkostenvoordeel (LKV) voor jongeren, wordt niet ingevoerd. Het LIV wordt afgeschaft per 2025.

 

Meer weten?

Neem gerust contact op met onze specialisten loonheffingen Marjon van Ginhoven of Remco Bosma. 

Remco Bosma
Specialist Loonheffingen en Sociale Verzekeringen, Expert DHT/TCF

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *