Inleiding
Voor de Loonheffingen is het aantal wijzigingen vanuit het wetsvoorstel Belastingplan 2025 en het wetsvoorstel Overige fiscale maatregelen 2025 voor volgend jaar zeer beperkt. Naast de aankondiging dat het Handhavingsmoratorium per 1 januari komt te vervallen, waardoor de Belastingdienst kan gaan naheffen bij inhuursituaties die eigenlijk een verkapt dienstverband zijn, wijzigt het bedrag van de eindheffing voor bestelauto’s die doorlopend afwisselend worden gebruikt. Ten aanzien van de gerichte vrijstelling voor OV-abonnementen is een verduidelijking opgenomen.
Wijziging eindheffing bestelauto die doorlopend afwisselend wordt gebruikt van € 300 naar € 438 in 2025
Als een werkgever mede voor privédoeleinden een (bestel)auto ter beschikking stelt aan diens werknemer, dan geniet de werknemer belast loon. De waarde van dit privévoordeel wordt bepaald volgens de regels van de zogenoemde bijtelling. Deze bijtellingsregeling gelden ook voor bestelauto’s. Voor bestelauto’s gelden een aantal specifieke regelingen om deze bijtelling te voorkomen. Kort samengevat (zonder in te gaan op de daarbij horende voorwaarden):
1. de bestelauto waarvoor een verklaring uitsluitend zakelijk gebruik bestelauto is afgegeven door de Belastingdienst;
2. de bestelauto die door aard of inrichting uitsluitend of nagenoeg uitsluitend geschikt is voor vervoer van goederen;
3. de bestelauto die buiten werktijd niet kan worden gebruikt;
4. de bestelauto waarvoor een verbod op privégebruik geldt;
5. de bestelauto die in verband met de aard van het werk doorlopend afwisselend door twee of meer werknemers wordt gebruikt en in verband daarmee bezwaarlijk is vast te stellen of en aan wie die bestelauto voor privédoeleinden ter beschikking is gesteld.
Voor de onder punt 5 genoemde bestelauto’s wordt de ter zake van het eventuele privévoordeel verschuldigde belasting vastgesteld op een vast bedrag van € 300 per jaar dat door middel van een eindheffing door de werkgever wordt betaald. Dit bedrag is sinds 2006 niet gewijzigd, terwijl het bedrag van € 300 is bedoeld als een benadering van de belasting die is verschuldigd over het privévoordeel van een bestelauto die in principe zakelijk wordt gebruikt, maar waarvan privégebruik niet helemaal is uit te sluiten vanwege het doorlopende afwisselende gebruik. Met deze maatregel wordt het bedrag van de eindheffing van € 300 per jaar met ingang van 1 januari 2025 verhoogd (geïndexeerd) naar € 438 per jaar. Dit bedrag wordt met ingang van 1 januari 2026 jaarlijks geïndexeerd.
Let op: Voor de toepassing van deze eindheffingsmogelijkheid gelden stringente voorwaarden en er moet ook daadwerkelijk sprake zijn van ‘doorlopend afwisselend gebruik’ door meerdere werknemers waardoor het bezwaarlijk is om de bijtelling bij het loon op individueel niveau toe te passen. In de praktijk betekent dit dat deze eindheffing alleen in uitzonderingssituatie kan worden toegepast.
Verduidelijking gerichte vrijstelling voor OV-abonnementen
Via het Belastingplan 2024 is de gerichte vrijstelling voor openbaar vervoer kaarten (OV-kaarten), zijnde rechten op vrij reizen per openbaar vervoer (OV-abonnementen) en rechten op vermindering van de prijs van openbaarvervoerbewijzen (voordeelurenkaarten), verruimd. Sindsdien is ook het privégebruik van een OV-kaart die door de inhoudingsplichtige wordt vergoed of verstrekt, waaronder mede begrepen ter beschikking gesteld, onder voorwaarden gericht vrijgesteld. Dat is het geval als de werknemer de OV-kaart (in welke mate dan ook) ook voor zakelijke reizen (waaronder woon-werkverkeer) gebruikt.
Naar aanleiding van deze wijziging is in de praktijk onduidelijkheid ontstaan over wat als een OV-kaart en een OV-abonnement moet worden beschouwd en welke reikwijdte de gerichte vrijstelling kent. Daarom wordt voorgesteld de huidige tekst op dat punt aan te passen.
Aanvullend wordt voorgesteld het in de wet opgenomen onderscheid tussen Nederlands openbaar vervoer en buitenlands openbaar vervoer weg te nemen. Naast deze beperkte uitbreiding is geen beleidsmatige wijziging beoogd.
Vervallen bpm-vrijstelling voor bestelauto’s bij ondernemers
Naast de wijziging voor de loonheffingen, wijzen wij u kort op het vervallen van de bpm-vrijstelling voor de bestelauto’s van ondernemers. Als gevolg van het Belastingplan 2023 vervalt de bpm-vrijstelling voor de bestelauto van een ondernemer met ingang van 1 januari 2025. Voor overheidsorganisaties die ondernemersactiviteiten verrichten met bestelauto’s, kan dit mogelijk gevolgen hebben.
Wilt u meer weten over dit onderwerp?
Wilt u meer weten over dit onderwerp of als wij uw organisatie hierbij behulpzaam kunnen zijn, aarzel dan niet en neem contact op met:
LH en WNT-specialist Marjon van Ginhoven of 06- 820 12 150
LH en WNT-specialist Remco Bosma. of 06- 412 03 592
