Prinsjesdag 20 september 2022

20 september 2022

Vennootschapsbelasting – Aanpassing tarief(opstap)

Voorgesteld is dat met ingang van 1 januari 2023 het hoge Vpb-tarief van 25,8% gaat gelden vanaf een belastbaar bedrag van meer dan € 200.000 (huidige tariefopstap per 2022 is € 395.000). De eerste schijf tot € 200.000 wordt met ingang van 2023 belast tegen een tarief van 19% (het tarief voor de eerste schijf is in 2022 nog 15%).

 

Overdrachtsbelasting – Verhoging tarief niet-woningen

Voorgesteld is dat het tarief in de overdrachtsbelasting van 8% naar 10,4% gaat.
Let op: dit is enkel het tarief dat geldt voor vastgoed – zijnde niet-woningen – én voor verkrijgingen van woningen door rechtspersonen en particulieren niet bestemd als hoofdverblijf (voor hoofdverblijf geldt nog steeds 2%).

 

Prinsjesdag 2022 en de loonheffingen

Om de verwachte (verdere) negatieve ontwikkeling van de koopkracht en de hoge(re) energieprijzen voor een deel te compenseren, neemt het kabinet een flink aantal maatregelen om huishoudens te ondersteunen. Deze maatregelen bevatten ook de nodige fiscale maatregelen. In deze bijdrage richten wij ons op de fiscale maatregelen voor 2023 op het gebied van de loonheffingen. De volgende maatregelen zijn op Prinsjesdag 2022 gepresenteerd, die van belang (kunnen) zijn voor werkgevers in de publieke sector:

 

Versnelde verhoging van het minimumloon


Het brutominimumloon wordt versneld verhoogd met 8,05% per 1 januari 2023. Hiermee wordt de volledige verhoging van 7,5% in drie stappen, zoals bij Voorjaarsnota besloten, naar voren gehaald en wordt het brutominimumloon beleidsmatig verder verhoogd met 0,55%. Inclusief de reguliere indexatie per 1 januari 2023 stijgt het minimumloon per 1 januari 2023 daarmee met ruim 10%.

 

De gehele verhoging wordt verwerkt door middel van een Algemene Maatregel van Bestuur (AMvB). Hierdoor stijgen alle aan het minimumloon gekoppelde uitkeringen automatisch mee, ook het zittend bestand in de loongerelateerde uitkeringen (WIA, WAO, WW, ZW en verlofregelingen).

 

Verlaging van de eerste schijf van de loon- en inkomstenbelasting

Het tarief van de eerste schijf van de inkomstenbelasting voor belastingplichtigen jonger dan de AOW leeftijd wordt verlaagd van 37,07 (2022) naar 36,93 in 2023. Tevens wordt de grens van de eerste naar de tweede schijf verhoogd van € 69.398 (2022) naar € 73.031 in 2023. Dit betekent concreet dat werknemers en ondernemers in de inkomstenbelasting (box 1) netto (iets) meer overhouden.

 

Verhoging van de arbeidskorting

 

De arbeidskorting wordt (verder) verhoogd. De verhoging van de arbeidskorting maakt werken meer lonend en verlaagt de belastingdruk op arbeid. Hier staat tegenover dat het afbouwpercentage eveneens wordt verhoogd, wat met name gevolgen heeft voor de hogere inkomens. Deze aanpassingen betekenen concreet dat met name belastingplichtigen tot ca. een modaal inkomen een hoger bedrag aan arbeidskorting kunnen benutten en daardoor te maken krijgen met een lagere belastingdruk.

 

Verhoging eerste schijf vrije ruimte WKR

 

Om (vooral) het midden- en kleinbedrijf tegemoet te komen wordt volgens de aanbiedingsbrief bij het pakket Belastingplan 2023 voorgesteld de vrije ruimte van de WKR over de eerste € 400.000 van de fiscale loonsom te verhogen met 0,22%-punt. Dit betekent dat het tarief voor de eerste schijf naar verwachting zal worden verhoogd van 1,7% (2022) naar 1,92% in 2023. NB Uiteraard heeft deze verhoging effect op alle werkgevers en profiteren niet alleen kleine(re) werkgevers van de verhoging.

 

Verhoging onbelaste reiskostenvergoeding

In 2022 kan de werkgever voor de kosten van vervoer, een onbelaste vergoeding geven van maximaal € 0,19 per kilometer over de volledige reisafstand voor alle zakelijke kilometers die de werknemer aflegt met eigen vervoer. Deze onbelaste reiskostenvergoeding maakt onderdeel uit van diverse gerichte vrijstellingen in de loonheffing die het mogelijk maken om werknemers onbelast bepaalde zakelijke kosten te vergoeden, te verstrekken of ter beschikking te stellen zonder dat dit ten koste gaat van de vrije ruimte.

Het kabinet is voornemens om het maximum van de onbelaste reiskostenvergoeding per 1 januari 2023 te verhogen tot € 0,21 per kilometer. Per 1 januari 2024 zal het maximum vervolgens verder worden verhoogd naar € 0,22 per kilometer.

NB De verhoging van het maximum van de onbelaste reiskostenvergoeding geldt ook voor de aftrekbaarheid van de reiskosten van ondernemers en resultaatgenieters in de inkomstenbelasting.

 

Verhoging onbelaste thuiswerkvergoeding per 2023

 

In het Belastingplan van vorig jaar is in de wet is vastgelegd dat de ‘onbelaste’ thuiswerkvergoeding jaarlijks wordt geïndexeerd. Op basis van schattingen over de hoogte van de inflatiecorrectie, wordt het bedrag van de gerichte vrijstelling voor de thuiswerkvergoeding per 2023 vermoedelijk verhoogd naar waarschijnlijk € 2,13 per (gedeeltelijke) thuiswerkdag (zonder rekening te houden met een eventuele afronding). Zo laat de staatssecretaris weten in antwoord op vragen over de thuiswerkvergoeding. De door het Nibud berekende stijging in kosten van € 2 naar € 3,05 brengt daar geen verandering in.

 

BPM vrijstelling voor bestelauto’s vervalt per 2025

 

De vrijstelling voor ondernemers in de BPM bij aanschaf van bestelauto’s wordt afgeschaft per 1 januari 2025. Dit heeft op de aanschaf van bestelauto’s die door overheden (en met name gemeenschappelijke regelingen) voor meer dan 10% voor ondernemersprestaties worden gebruikt. Over de toekomstige aanschaf van bestelauto’s zal dan geen BPM meer teruggevraagd kunnen worden. Aanvullend wordt het bpm-tarief aangepast naar de CO2 uitstoot van de bestelauto en wordt de motorrijtuigenbelasting voor deze bestelauto’s voor ondernemers verhoogd.

 

Verhuurdersheffing en kader schetsing

 

* Reeds eerder was aangekondigd dat de verhuurdersheffing per 1 januari 2023 wordt afgeschaft.

* Er volgt nog een brief aan de Kamers waarmee een kader moet worden geschetst wanneer beleidsbesluiten vooruitlopend op wetgeving aanvaardbaar worden geacht.

 

Tot slot

Als u vragen of opmerkingen heeft, of als wij u behulpzaam kunnen zijn met bovenstaande, dan kunt u contact opnemen met één van onze specialisten of uw vaste aanspreekpunt

LH en WNT-specialist Marjon.van.ginhoven@fiscaliade.nl of 06- 820 12 150

LH en WNT-specialist Remco.bosma@fiscaliade.nl of 06- 412 03 592

BTW Nikita.brameijer@fiscaliade.nl of  06-219 34 361

VPB Dido.westrik@fiscaliade.nl of 06-118 72 350

Remco Bosma
Specialist Loonheffingen en Sociale Verzekeringen, Expert DHT/TCF

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *