Veelgestelde vragen over principeakkoord nieuwe Cao Gemeenten en Cao SGO 2021 – 2022

18 november 2021

Vorige week hebben wij een extra nieuwsbrief verstuurd over het op 3 november 2021 gesloten principeakkoord voor een nieuwe Cao Gemeenten en Cao SGO (samenwerkende gemeentelijke organisaties). Het akkoord wordt nog voorgelegd aan de leden en dient nog bekrachtigd te worden door de afzonderlijke besturen. In de praktijk betekent dit dat op zijn vroegst op 27 januari 2022 (de vergadering van het VNG bestuur) de cao’s definitief (kunnen) zijn. 


Over deze nieuwe cao hebben wij reeds meerdere vragen gekregen, onder meer over hoe het nu precies zit met de eenmalige uitkering van in totaal €1.200. Van dit bedrag is € 300 aangemerkt als een corona onkostenvergoeding, de overige € 900 is pensioengevend. Als wij het hierna over de eenmalige uitkering hebben, dan bedoelen wij deze beide bedragen samen, tenzij nadrukkelijk anders vermeld.

Is de uitkering bruto of mag dit ook netto?

De huidige cao kent als algemene bepaling dat alle bedragen genoemd in de cao bruto bedragen zijn, tenzij in een artikel expliciet wordt aangegeven dat sprake is van een netto bedrag. In de ledenbrief van VNG en de website van CNV overheid, staat te lezen dat zowel de € 300 onkostenvergoeding, als de eenmalige uitkering van € 900 een bruto uitkering zal zijn. Wanneer deze bedragen ook als zodanig worden opgenomen in de cao, dan dient u deze als bruto uitkering uit te betalen. Alleen het bedrag van € 900 is tevens pensioengevend.

Wanneer moeten wij de eenmalige uitkering uitbetalen?

De eenmalige uitkering zal pas in de loop van 2022 worden uitgekeerd. De verwachting is dat na de vergadering van het VNG-bestuur op 27 januari 2022, de cao door alle partijen is bekrachtigd en daarmee definitief wordt. Pas nadat de cao definitief wordt vastgesteld, met terugwerkende kracht tot 1 januari 2021, gaan de afspraken gelden. Gemeenten kunnen vanaf dat moment de vergoeding uitbetalen. Omdat de meeste salarissen al voor 27 januari worden betaald, zal de uitkering op zijn vroegst bij de salarisbetaling over februari uitbetaald kunnen worden.
In dat verband merken wij wellicht ten overvloede nog op dat de salarisverhoging van 1,5% per 1 december 2021, pas in de loop van 2022 met terugwerkende kracht kan worden verwerkt.

Wat als ik in 2020 een coronavergoeding heb uitbetaald?

De eenmalige uitkering van € 300 is een onkostenvergoeding voor 2021. Een aantal gemeenten heeft in 2021 al thuiswerkvergoedingen en coronabonussen en dergelijke in verschillende vormen betaald. Deze worden van het bedrag van € 300 afgetrokken, tenzij lokaal anders is afgesproken, aldus de VNG ledenbrief. Hebt u in 2020 een coronavergoeding uitbetaald en niet in 2021, dan mag u geen rekening houden met deze eerdere vergoedingen.

Hoe zit dat nu met een netto-coronavergoeding die wij in 2021 hebben uitbetaald ?

In het onderhandelingsakkoord staat hierover het volgende opgemerkt: “Werkgevers die in 2021 collectieve bedragen hebben betaald in het kader van corona, trekken deze af van de coronakostenvergoeding van € 300; lokale afspraken worden daarbij gerespecteerd” en “bij het verrekenen van lokale tegemoetkomingen in 2021 en de eenmalige uitkering moeten bruto verstrekte tegemoetkomingen worden afgetrokken van de bruto-uitkering, en moeten netto tegemoetkomingen worden afgetrokken van de netto-uitkering”.

Hebt u in 2021 bijvoorbeeld een netto-coronavergoeding van € 150 betaald? Dan berekent u in 2022 een bruto vergoeding van € 300 tot het belaste loon. Hierover wordt loonheffing (loonbelasting en premies volksverzekeringen) ingehouden, waarna een netto-uit te betalen bedrag resteert. Op dit netto-uit te betalen bedrag houdt u de eerder betaalde vergoeding van € 150 in. Dit kan tot gevolg hebben dat de vergoeding of een gedeelte daarvan zowel bij de werkgever (€ 150 netto, via de WKR eindheffing) als bij de werknemer (inhouding loonheffing over € 300 bruto) worden belast.


Voorbeeld werknemer

Tarief in te houden loonheffing bedraagt 37,07% (dit tarief geldt tot een jaarinkomen van € 69.398).

Bruto uitkering € 300,00
Af: Loonheffing 37,07% € 111,21 -/-
Netto bedrag uitkering € 188,79
Af: eerdere netto uitkering 2021 € 150,00 -/-
Resteert netto € 38,79


Heeft u de eerdere uitkering in 2021 als brutoloon uitbetaald, dan mag u de eerdere uitkering van bruto € 150, verrekenen met het brutobedrag van € 300. U betaalt in 2022 nog een brutovergoeding uit van € 150.

Kunnen wij besluiten om de € 300 vergoeding alvast in 2021 uit te betalen?

Vanuit diverse kanten krijgen wij de vraag of de gemeente nu al kan besluiten om een voorschot uit te betalen op de coronavergoeding, bijvoorbeeld omdat er nog vrije ruimte over is in de werkkostenregeling van 2021. Voor de loonheffingen geldt bovendien, dat wanneer u dit jaar al besluit een collectieve vergoeding te geven van € 300, dat deze met in achtneming van het antwoord op de vorige vraag, in 2022 verrekend dient te worden met de eenmalige uitkering in 2022. Bovendien leidt deze werkwijze in de praktijk niet tot een kostenbesparing. Immers, zoals uit het rekenvoorbeeld blijkt, is de werknemer (nog steeds) over € 300 bruto loonheffingen verschuldigd waardoor hij netto niet meer overhoudt. U als gemeente moet (nog steeds) € 300 verlonen, en de loonheffingen daarover afdragen aan de Belastingdienst.

Wat kunnen wij voor u betekenen?

Wij kunnen u hierbij helpen door de mogelijkheden en verschillende opties voor u in kaart te brengen en de financiële gevolgen hiervan voor u door te rekenen, zodat er een weloverwogen keuze gemaakt kan worden en de fiscaliteit op een juiste manier kan worden meegenomen. Waarbij wij tevens met u kunnen meedenken op welke wijze de fiscaliteit ten aanzien van deze nieuwe regelingen geborgd kan worden binnen uw organisatie.

Neem gerust contact op als u wilt weten wat de gevolgen zijn voor uw organisatie van deze nieuwe cao. Met onze jarenlange inzet op fiscale vraagstukken in de publieke sector en daarmee specifieke kennis van de Cao Gemeenten en SGO, zijn wij de expert voor deze vraagstukken.

Meer weten?

Neem gerust contact op met onze specialisten loonheffingen Marjon van Ginhoven of Remco Bosma. 

Marjon van Ginhoven
Remco Bosma
Senior specialist Loonheffingen en Sociale Verzekeringen, Expert DHT/TCF

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Laatste nieuws

Komende opleidingen