Op 17 januari 2025 heeft de Hoge Raad in een drietal zaken uitspraak gedaan over het gelegenheid geven tot sportbeoefening en de toepassing van het verlaagde btw-tarief waarbij met name de discussie speelde of sprake was van een sportaccommodatie nu de daadwerkelijke sportbeoefening plaatsvond in de openbare ruimte. In alle drie zaken oordeelde de Hoge Raad dat het verlaagde btw-tarief van toepassing is op sportactiviteiten die plaatsvinden op het strand.
Gelegenheid geven tot sportbeoefening
Onder het verlaagde btw-tarief valt het commercieel geven van gelegenheid tot sportbeoefening. De btw vrijstelling sport geldt niet dan door het commerciële karakter. BTW compensatie kan alleen als het geen sport kwalificatie heeft en algemeen openbaar toegankelijk is. Wat te doen bij sport op het strand?
Eerdere jurisprudentie
In de jurisprudentie heeft vaak de discussie gespeeld wanneer nu sprake is van een sportaccommodatie. In 2007 heeft de Hoge Raad al eens geoordeeld of er wel sprake is van een sportaccommodatie bij sporten in de openbare ruimte. Deze zaak betrof de Nijmeegse Vierdaagse. De Hoge Raad oordeelde hierover dat sprake was van een sportaccommodatie. Immers, er was een parcours uitgezet, met een start en een finish en bijkomende voorzieningen die voor de duur van de sportbeoefening gereserveerd zijn voor die sportbeoefening. Er diende dus een exclusief gebruiksrecht te zijn voor de sporters. Even leek het dat deze zienswijze van de Hoge Raad in 2016 doorkruist werd door het Europese Hof van Justitie in het Baštová-arrest waarin zij het volgende verklaarde:
“Het begrip ‘recht gebruik te maken van sportaccommodaties’ moet daarom aldus worden uitgelegd dat dit het recht betreft accommodaties te gebruiken die voor sportbeoefening en lichamelijke opvoeding zijn bestemd, alsmede het gebruik daarvan met dat doel voor ogen.”
Echter, door het exclusieve gebruiksrecht was bij de Nijmeegse Vierdaagse sprake van een sportaccommodatie van waaruit de sport plaatsvond. Dit was eveneens het geval bij de uitspraak van vorige jaar bij een zeilschool met eigen jachthaven.
Hoge Raad uitspraken strandsporten
Op 17 januari jl. heeft de Hoge Raad uitspraak gedaan inzake het begrip sportaccommodatie bij strandsporten. Het ging om strandsporten zoals blokarten, powerkiten, surfen en beachvolleybal, waarbij in enkele gevallen een strandpaviljoen werd gebruikt als instructie- en kleedruimte en in een ander geval een container op het strand functioneerde als ontvangst-, kleedruimte en EHBO-post. Volgens de Hoge Raad worden deze ruimtes gebruikt met als doel sport te beoefenen. Dat deze sport vervolgens in de openbare ruimte plaatsvindt doet daar niet aan af. Tezamen met de andere diensten die de ondernemers verrichten is dit het gelegenheid geven tot sportbeoefening belast tegen laag btw-tarief.
Wat betekent dit voor de praktijk?
Door de uitspraken van de Hoge Raad kan in meer gevallen het verlaagde btw-tarief voor sportbeoefening worden toegepast door commerciële aanbieders. Let op: naast het vereiste van een sportaccommodatie moet dan tevens sprake zijn van bijkomende diensten, zodat het gehele pakket aan diensten kwalificeert als het gelegenheid geven tot sportbeoefening. Als enkel een sportaccommodatie ter beschikking wordt gesteld kan namelijk sprake zijn van verhuur van een onroerende zaak waarbij de btw-gevolgen anders zijn. Let op: BTW compensatie is ook aan de orde als er sprake is van openbare sportfaciliteiten zoals een trapveld of een skatebaan.
Meer weten?
Als u vragen of opmerkingen heeft, dan kunt u contact opnemen met onze BTW specialist cynthia.stel@fiscaliade.nl, 06-53742227 of uw vaste aanspreekpunt.
